Botter HK98
De geschiedenis van de EH 32 (inmiddels de HK 98), begint in 1918, als deze in Huizen op bestelling van visrokerij Schaap met registratienummer HZ 79 de helling van Janus Kok afglijdt. Deze werfbaas is langs de hele Zuiderzee befaamd om zijn vakmanschap. Inclusief zeil-en vistuig kost een botter, blinkend van de harpuis, bijna drieduizend gulden. In 1942 koopt Jan – van Oene – Edelenbosch de botter, en gaat er met zijn broers Hendrik en Albrecht vanuit Enkhuizen mee het zeegat uit. Met de afsluiting van de Zuiderzee in 1932 is het echter met de zoute vis gedaan. De EH 32 krijgt een rokerig eencylinder T-Ford motortje om ook bij Windstil weer de palingfuiken te kunnen lichten.
Gedurende de oorlogsjaren heeft de botter als thuishaven Urk. Met Urk 67 in het zeil en vissersman Dubbele van Hakvoort aan het roer. Dan wordt het schip bij toeval ontdekt door Gé Sterker, een jonge vent met ervaring als zeilinstructeur, pas getrouwd en met een vooruitziend blik. Het vistuig gaat opzij, het vooronder wordt hun woning en ze verdienen hun botter met spinnen van schapenwol. Meer over de HK98 vindt u hier.